Ruim 18 jaar op de bres voor de huurder
25 februari 2016 - Ruim 18 jaar lang nam Monique Beek het op voor de huurders van de Jordaan en Gouden Reael. Zelfs na het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd bleef ze nog een tijdje aan het werk bij het Huurteam. Tot eind vorig jaar toen er een einde kwam aan haar dienstverband bij het Wijksteunpunt Wonen Centrum. Monique begon in 1997 als banenpooler bij het Huurteam Jordaan. Eerst op De Laurierhof en de laatste jaren in het Claverhuis. ”Via Maatwerk moest ik op zoek naar een baan en dit leek mij wel leuk. Je komt met allemaal verschillende mensen in aanraking. Het werk bestond toen voornamelijk uit huisbezoeken en het maken van puntentellingen. De meeste huurders betaalden teveel huur. Via een procedure bij de huurcommissie hielpen wij de huur te verlagen. Daar werden de mensen wel blij van. Verhuurders reageerden soms heel heftig, maar daar kon ik wel mee omgaan. Ik ga altijd het gesprek aan en na wat geruzie konden we meestal wel goed praten. De boze verhuurder dimde daarna meestal wel een beetje en liet de huurder verder met rust. Soms kwam het tot een oplossing, maar meestal moest er toch geprocedeerd worden. Huurders zijn soms wel bang om een procedure te starten, zeker wanneer de huisbaas op de trap woont. Maar je huisbaas hoeft niet je vriend te zijn toch? Het is belangrijk om gebruik te maken van je recht, zeker als het je een flink bedrag per maand aan huurverlaging kan opleveren”. Huurcommissie Expats en Jordanezen Veranderingen Toekomst Foto’s: Rob Versluijs Bovenstaand interview is ook gepubliceerd in de Buurtkrant Jordaan & Gouden Reael.
”Die zittingen bij de huurcommissie vond ik altijd wel leuk. Daar kon je je verhaal doen en je gelijk halen. Het is belangrijk dat huurders daarbij ondersteund worden, al hadden zij soms wat andere verwachtingen van het verloop van een zitting. Ik herinner mij nog een Jordanese vrouw waarmee ik naar de zitting ging. Na 10 minuten stonden we alweer buiten, waarop die vrouw mopperde ”Godsamme ben ik daarvoor nou naar de kapper geweest”.
”In het centrum zijn de laatste jaren veel expats komen wonen. Volledig gemeubileerde appartementen worden met zogenaamde tijdelijke huurcontracten verhuurd. Deze mensen worden vaak uitgebuit en zijn een gewild slachtoffer van verhuurders die alleen maar uit zijn op winst. Ook voor de expats konden wij veel betekenen, al hielp ik toch het liefst de oudere Jordanezen. Daar kan ik goed mee opschieten en zij zijn meestal erg dankbaar. Die expats zijn soms nogal ondankbaar en herkennen je op straat niet eens”.
”Het werk is in de loop der jaren wel veranderd. De maximale huur is flink gestegen, waardoor er veel geliberaliseerde contracten zijn. Toch scoren we nog steeds huurverlagingen, maar dan vooral vanwege achterstallig onderhoud. Verhuurders zijn steeds meer uit op winst. Na leegkomst van een woning kan soms gemakkelijk het 3-voudige gevraagd worden. Ook de verhuur aan toeristen neemt enorm toe. Je zou maar elke week vijf of zes jongens en meisjes naast je hebben wonen, die hier komen om te feesten en kotsend uit het raam hangen. Ik neem het die toeristen niet kwalijk, maar voor bewoners is het een ramp. Amsterdam wordt als woonstad onbetaalbaar en dat is verschrikkelijk. Het dreigt een stad te gaan worden als Londen en New York, waar alleen nog maar rijken wonen”.
”Het leuke van het werk was ook de prettige samenwerking. Zeker met mijn collega Jihad, maar ook met de andere collega’s in het Claverhuis”. Op de vraag wat de toekomst gaat brengen antwoordt Monique: “Ik vind het echt heel jammer dat ik niet meer bij het huurteam werk, maar mijn droom is toch om weg te gaan. Vrijwilligerswerk in een derdewereldland, dat zie ik wel zitten. Mensen hebben daar echt hulp nodig. Ik wil er gaan lesgeven of ouderen en kinderen helpen. Maar het blijft moeilijk, want ik zal het werken bij het Huurteam erg missen”.
Artikel delen: