Wonen in een hotelkamer – wat zijn dan je rechten?
21 oktober 2020 - Hotels kampen in deze coronacrisis met gebrek aan toeristen. We zien steeds meer hotels die kamer als woonruimte te huur aanbieden. Begrijpelijk, want veel hotels staan grotendeelsl leeg, en voor spoedzoekers die het kunnen betalen is het een manier om snel tijdelijke huisvesting te organiseren. Maar ‘wonen’ in een hotel roept ook vragen op over de positie van deze ‘bewoners’. We hopen natuurlijk allemaal dat de Corona-crisis snel voorbij zal zijn. Helaas zijn de tekenen nog niet heel positief. De kans bestaat dat het (massa)toerisme niet snel terug zal keren. Daarom kan de trend van wonen in hotelkamers wel eens langduriger en structureler zijn dan nu voorzien. Wat betekent dat dan voor de mensen die tijdelijk in een vaak hele kleine kamer in een hotel verblijven? We schreven een korte memo voor wethouder Ivens en de Raadscommissie Wonen en Bouwen waarin we laten zien wat er nu door verschillende hotels te huur wordt aangeboden: van een bed in een slaapzaal in hostels, tot ‘bedstedes’ in zogenaamde capsule-hotels, tot kamers zonder daglichttoetreding. Vervolgens stellen wij enkele vragen over deze ontwikkeling. De laatste weken begint het echt op te vallen: hotels en hostels die vanwege een gebrek aan toeristen hun lege kamers als woonruimte te huur aanbieden aan Amsterdammers. Het lijkt een logische stap; zo kunnen de noodlijdende hotels toch nog wat inkomsten genereren, terwijl een deel van de nood wordt gelenigd van de vele woningzoekenden en spoedzoekers. Zeker voor die laatste groep lijkt dit een goede ontwikkeling. De kamers worden merendeels aangeboden via Kamernet, een landelijke site waarop kamers en woningen worden aangeboden, vooral gericht op studenten, starters en expats. De contracten zijn tijdelijk (naar hun aard van korte duur); in de meeste gevallen wordt Omdat het gaat om hotelkamers en geen reguliere woonruimte, valt de verhuur niet onder het regime van de Woningwet. Zo worden kamers (langdurig) verhuurd die als woonruimte nooit verhuurd mogen worden. Hostels beschikken, anders dan hotels, vaak wel over gemeenschappelijke keukens. Ook is er een hostel dat een gemeenschappelijke magnetron en een elektrisch kookplaatje aanbiedt. De hostels hebben weer als nadeel dat ze slaapzalen hebben. Dat kan op gespannen voet staan met het corona-beleid (met meerdere mensen in één ruimte slapen wordt niet aanbevolen). Er zijn ook andere verschillen tussen de aanbieders: bij het ene hotel móet je je inschrijven in de Basisregistratie Personen (BRP), omdat ze anders toeristenbelasting moeten betalen, in het andere hotel kan je juist weer niet inschrijven. De ontwikkelingen zijn stedelijk en landelijk al gesignaleerd. Op 18 augustus jl. besteedde RTL 4 (Editie NL) er aandacht aan in deze reportage. Op 14 augustus jl. zijn schriftelijke Raadsvragen (pdf) gesteld door de raadsleden Ceder, Flentge, De Jong en Mbarki. Ook zijn Kamervragen gesteld, op 29 augustus jl. door minister Ollongren beantwoord (pdf). De minister liet weten dat huurprijsbescherming in beginsel niet van toepassing is op de verhuur van hotelkamers (“huurprijsbescherming is bij verhuur van woonruimte in beginsel van toepassing, behalve wanneer de huur naar zijn aard slechts van korte duur is; in dat geval geldt slechts wat tussen partijen is overeengekomen”). Het is aan de huurcommissie en uiteindelijk aan de rechter om te bepalen of sprake is van reguliere huur van woonruimte en of daarbij vervolgens de huurprijsregelgeving wordt overschreden. De minister meldde ook dat al ambtelijk met de gemeente Amsterdam is gesproken. Zij onderschrijft de opvatting van de gemeente dat hotels in beginsel niet zijn om in te wonen. “Ambtelijk wordt er samen met de gemeente Amsterdam bezien wat passende maatregelen zijn om langdurig verblijf in hotels niet de norm te laten worden.” Samengevat kan geconcludeerd worden dat steeds meer hotels hun kamers als woonruimte te huur aanbieden. De onderlinge verschillen zijn groot. Het is nog onduidelijk of deze verhuur een niche blijft, maar goed denkbaar is dat het een structurele manier wordt om de crisis te lijf te gaan. Dan gaan de hotels de concurrentieslag aan op de flexibele huurmarkt (denk daarbij ook aan exploitanten die zich de laatste jaren vooral op de markt voor buitenlandse studenten hebben gestort, zoals Student Hotel, Student Experience, Fizz, Xior etc.). In alle gevallen lijkt het wenselijk om met de hotelbranche afspraken te maken over solide basisvoorzieningen voor de bewoners. Als de verhuur van hotelkamers als woonruimte structureel wordt, zal er structureel iets geregeld moeten worden om de (rechts)positie van de bewoners te waarborgen. De gemeente zou daartoe het initiatief kunnen nemen. De volgende vragen kunnen helpen bij de overweging:Wat zien we?
geadverteerd met een minimumduur van 1 maand.Berichten in de media en vragen in gemeenteraad en Tweede Kamer
Wat te doen?
Artikel delen: