Foute beoordeling huurcommissie, ten onrechte aangenomen gebreken verholpen.

Samenvatting

De kantonrechter te Amsterdam heeft geoordeeld dat een verhuurder gebreken onvoldoende heeft verholpen, slechts sprake was van een noodmaatregel. De huurcommissie heeft dit eerder fout beoordeeld. Tijdelijke huurverlaging nog niet stop gezet.

Huurder huurt een zelfstandige woonruimte. De huurcommissie heeft de huurprijs tijdelijk lager vastgesteld wegens gebreken; doorslaand vocht en als gevolg daarvan loslatend of ontbrekend stucwerk over een oppervlakte van ongeveer 7m2.
Verhuurder heeft buitenmuur laten impregneren, hierna heeft de huurcommissie de huurprijs weer op de oude prijs vast gesteld.
Huurder heeft aan huurder medegedeeld dat het impregneren slechts een noodmaatregel betrof. De werkelijke gebreken zijn nog niet verholpen dit is ook ondersteund door ASBS Interim Bouwmanagement die huurder heeft ingeschakeld (slechte kozijnen in buitengevel hierdoor kan vocht via onderdorpels binnentreden en andere gebreken waardoor inwatering kan plaatsvinden), hiervoor is bij huurder ? 113 in rekening gebracht. Bovendien is de gevolgschade nog niet hersteld.

Huurder vordert; verlaagde huurprijs, betaling door verhuurder van ? 113 aan kosten ASBS, en proceskostenveroordeling.

De kantonrechter oordeelt dat verhuurder onvoldoende de bevindingen van ASBS heeft betwist. De geconstateerde gebreken kunnen niet opeens zijn ontstaan, deze gebreken bestaan dus al enige tijd. Daarom heeft de huurcommissie ten onrechte verondersteld dat de gebreken waren verholpen. De huurcommissie had geen einddatum van de tijdelijke huurverlaging moeten vaststellen. De kantonrechter geeft aan dat de verlaagde huurprijs van kracht blijft tot de gebreken zijn verholpen. Wat betreft de rekening van ASBS stelt de kantonrechter dat het van huurder redelijk was om deze in te schakelen, verhuurder zal de rekening moeten betalen. Tevens zal verhuurder de kosten van het geding moeten betalen.