geen huurverhoging bij verlengen tijdelijke overeenkomst. eerdere huurverhogingen nietig wegens europese richtlijn

Kenmerk: 10579876 CV EXPL 23-9266
Datum uitspraak: 12 oktober 2023
Rechter: A.W.J. ros
Instantie: rechtbank amsterdam
Winnaar: huurder

Opnieuw zoeken:

Kern

Huurders hadden een tijdelijk contract dat liep tot 30 april 2023. Verhuurder stuurde op 15 februari een aanzegging met daarbij het voorstel om de overeenkomst voort te zetten tegen een huurprijs van 1500 euro ipv 1300 euro. In de tijdelijke overeenkomst stond ook dat de huur per 1 mei zou worden verhoogd. Dit heeft de verhuurder ook met 4,1% gedaan bovenop de verhoging van 1300 naar 1500 euro.
Zowel de huurverhoging bij verlengen van de tijdelijke huurovereenkomst als de contractuele huurverhogingen zijn door de rechter teruggedraaid.

Samenvatting

Huurders hebben een huurovereenkomst die tijdelijk is vlg art 7:271 BW. Bij de verlenging ervan vraagt verhuurder om een fikse huurverhoging. Daarnaast is er een huurverhogingsbeding met een jaarlijkse verhoging volgens de consumentenprijsindex met een opslagpercentage.
Wat betreft de huurverhoging bij contractverlenging oordeelt de rechter dat een dergelijke verhoging bij verlenging alleen kan in de vrije sector als er een verhogingsbeding is opgenomen in de huurovereenkomst (r.o. 11).
Daarnaast wordt het huurverhogingsbeding door de rechter ambtshalve getoetst aan het europese en nederlandse consumentenrecht, nu de overeenkomst tussen een professionele partij en een consument is afgesloten (r.o.12).

In het algemeen zijn de prijswijzigingsbedingen oneerlijk als de grond van de verhoging niet is vermeld, deze niet objectief bepaalbaar is en als de wijze waarop de huurprijs wordt aangepast ontbreekt. De huurprijswijziging moet in de overeenkomst zijn opgenomen, en er weegt ook mee of een huurprijsdaling wordt uitgesloten en of er wel vermeld staat dat huurder de overeenkomst kan opzeggen als de verhuurder van de verhogingsmogelijkheid gebruik maakt (r.o. 16)

Hierbij oordeelt de kantonrechter dat een verhoging volgens een prijsindex of volgens landelijk beleid in beginsel eerlijk zijn. In dit geval behoudt de verhuurder de mogelijkheid om 2% bovenop de inflatie aan te zeggen. Daardoor is het evenwicht in strijd met de goede trouw ten nadele van huurder verstoord. Daarnaast ontbreekt er een grond voor de jaarlijkse wijziging met 2% boven inflatie en huurder op dit punt aan de willekeur van de verhuurder is overgeleverd. (r.o.17).

De verhuurder vernietigt ieder beding dat een hogere huurprijs dan de aanvangshuur oplegt en stelt dat de betalingsverplichting vanaf aanvang van de huurovereenkomst het toenmalig overeengekomen bedrag was

Bijgaand vonnis is reeds geanonimiseerd

Disclaimer:
Samenvatten is mensenwerk. We staan niet garant voor de volledigheid. Als u de geanonimiseerde uitspraak (zie bijlage) wilt ontvangen kunt u een verzoek richten aan spreekuur@wooninfo.nl. Hou er rekening mee dat verschillende rechters van geval tot geval verschillende afwegingen kunnen maken. Deze uitspraak bevat 1 bijlage. Wilt u deze per mail ontvangen, stuur dan een gemotiveerd verzoek naar spreekuur@wooninfo.nl en vermeld het kenmerk en de titel. Vertel waarom u de uitspraak nodig hebt, dan kijken wij wat we voor u kunnen doen. We moeten de uitspraak namelijk anonimiseren en dat kost ons werk en tijd. Dat kan soms, maar niet altijd.

Artikel delen:

!WOON