Rechter eist betaling van achterstallige huur en ontbinding van het huurcontract
Opnieuw zoeken:
Samenvatting
Huurster wordt voor een kort geding gedagvaard, de verhuurder stelt dat de huurster een huur achterstand heeft van 8.026,- euro. De normale huurprijs is 1.500,- euro per maand. De verhuurder eist dat de huurster dit bedrag als nog betaald vermeerder met 1% rente per maand en daarnaast vermeerder met de 1.203,90 euro aan buitenrechtelijk kosten. Tot slot eist de verhuurder de ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning, eventuele met behulp van de sterke arm, binnen 14 dagen na dagtekening vonnis.
De Huurster verweerd zicht hier tegen en stelt dat er ernstige gebreken in de woning zijn, dat deze erkent zijn door Bouw en Woning toezicht en dat de verhuurder hier van op de hoogte is. De verhuurder heeft een aantal gebreken gemaakt en is op de hoogte van de rest van de gebreken. De gebreken die nog niet zijn gemaakt vallen in de categorie A en B van het gebrekenboek opgesteld door de Huurcommissie.
Door het aanhouden van deze gebreken heeft de huurster de huurprijs verlaagd tot 20% van de maximaal redelijk huurprijs. Omdat er ernstige gebreken aanwezig zijn in de woning betwist de huurster dat er spraken is van een huurachterstand.
Tot slot doet de huurster een tegeneis, volgens de huurster is er spraken van een All-in huurprijs en de huurster vraagt de rechter deze uit te splitsen. (tegeneis na wordt behandeld na de tussen beoordeling van de rechter).
De rechter stelt dat hij nu niet kan beoordelen of de rechter in een bodemprocedure tot een zelfde conclusie zal komen. In deze zaak zijn er te veel onzekerheden die moeten worden onderzocht. Dit gaat dan voornamelijk over de aanwezigheid van de gebreken in de woning en of dit de huurinhouding van 20% rechtvaardigt. Door deze onzekerheid is nu niet vast te stellen of er spraken is een huurachterstand.
De rechter wijst de vordering van de verhuurder af en veroordeeld de verhuurder in de proceskosten gevallen aan de zijde van de huurder. Deze worden berekend op 400,- euro.
De tegen eis van de huurder.
De huurder eist in reconventie dat de rechter uitspraak doet over de hoogte van de huurprijs. De huurder is van mening dat er spraken is van een All-in huurprijs en ziet deze graag uitgesplitst. Tegelijker tijd verzoekt de huurder de rechter uitspraak te doen de uitgesplitste huurprijs, met terug werkende kracht te verlagen naar 20% van het maximaal redelijk i.v.m. de aanwezigheid van gebreken in de categorieën A en B van het gebrekenboek opgesteld door de Huurcommissie.
De verhuurder verweert zich hier tegen dat een dergelijk vordering (uitspitsen van een All-in huurprijs) zich niet leent voor een kortgeding. Daarnaast stelt de verhuurder dat ze niet deugdelijk op de hoogte zijn gebracht van de gebreken en dat de verhuurder niet de mogelijkheid heeft gekregen om de gebreken te verhelpen.
De rechter oordeelt dat het kort geding niet de procedure is om uitspraken te kunnen doen over het uitsplitsen van een All-in huurprijs en de onderhouders gebreken in de woning. Beide onderwerpen vragen een nader onderzoek naar de feiten en dit is niet mogelijk tijdens dit kortgeding.
De rechter wijst de eis van de huurder af en veroordeeld de verhuurder in de proceskosten gevallen aan de zijde van de verhuurder. Deze worden gesteld op nihil.
Samenvatten is mensenwerk. We staan niet garant voor de volledigheid. Als u de geanonimiseerde uitspraak (zie bijlage) wilt ontvangen kunt u een verzoek richten aan spreekuur@wooninfo.nl. Hou er rekening mee dat verschillende rechters van geval tot geval verschillende afwegingen kunnen maken. Deze uitspraak bevat 1 bijlage. Wilt u deze per mail ontvangen, stuur dan een gemotiveerd verzoek naar spreekuur@wooninfo.nl en vermeld het kenmerk en de titel. Vertel waarom u de uitspraak nodig hebt, dan kijken wij wat we voor u kunnen doen. We moeten de uitspraak namelijk anonimiseren en dat kost ons werk en tijd. Dat kan soms, maar niet altijd.
Artikel delen: